Cocktail wiki

In deze cocktail wiki leggen we in onze eigen woorden uit wat de betekenis is van veel gebruikte cocktail begrippen inclusief interessante cocktailweetjes. Wist je bijvoorbeeld al dat vodka gewoon water betekent in het Russisch en dat een Mexican elbow geen elleboogstoot is van een Mexicaanse voetbalspeler maar een citrusperser?

Aftoppen: laatste stap om een longdrink cocktail tot het randje van het glas te vullen met ijs, frisdrank, sap of champagne.
Angostura: bitterdrank die gemaakt is van meer dan 40 tropische kruiden en plantenextracten. Wordt veel gebruikt als toevoeging bij tropische cocktails
Aperitief: drankje voor de maaltijd om de eetlust op te wekken
Aphrodisia: ingredienten zoals chocolade, aardbeien en champagne die lustopwekkend zijn en gebruikt kunnen worden in je cocktail.

Barmaatje: ook wel jigger genoemd. Hulpmiddel met 2 vaste maten waarmee je de exacte hoeveelheid drank afmeet. De kleine maat is voor een enkele shot (1 deel), de grote maat is voor een dubbel shot (2 delen). Als in onze recepten 1 deel wordt aangegeven bedoelen we hiermee 1 enkel shot van de kleine barmaat.
Barlepel: lange lepel met twee kanten, de bolle lepelkant gebruik je om te roeren. De platte kant gebruik je om te platteren of te layeren.
Betsy Flanagan: deze Ierse barvrouw is misschien wel de uitvinder van de cocktail (coq-tail). Lees ook: De geschiedenis van de cocktail.
Blender: keukenmachine waarmee je je verse fruit zodanig pureert dat het een gelijkmatige puree of drinkbare substantie wordt voor je cocktail. Gebruik je bijvoorbeeld bij Strawberry Daiquiri en bij de Scroppino.
Boston shaker: tweedelige shaker bestaande uit een RVS tinnen beker en een dik cocktail glas lijkend op een maatbeker. Bij het uitschenken gebruik je een strainer.
Bruiswater: ook wel spuitwater. Water met koolzuurgas. Wordt gebruikt om cocktails af te toppen. Bijvoorbeeld de Mojito. Ik gebruik vaak Spa Finesse (geen Spa Rood) of San Pellegrino

Cobbler shaker: de shaker bestaat uit 3 basis delen; shake beker, strain gedeelte met schenkgaatjes en de dop. Geschikt voor thuisgebruik.
Cocktail: een cocktail is een mengsel van 2 of meer dranken. Bij het maken van een cocktail gaat het om het zoeken naar de perfecte verhouding van zoet, zuur en alcohol. Dit laatste is geen must, zo zijn er ook alcoholvrije cocktails.
Cocktailicious: uitdrukking voor een cocktail die heel lekker is 🙂
Cocktailstation: ook wel workstation. Inrichting van de plek waar je cocktails maakt. Let op dat je dit efficiënt en hygiënisch inricht door de verschillende ingrediënten te scheiden. Zie ook DIY cocktail station
Copa: groot opvallend bolvormig glas op een hoge voet van ruim 10 cm. Wordt veel gebruikt voor gin tonics.
Crushed ice: dit zijn kleine stukjes ijs. Je kunt dit zelf maken door ijsblokjes in een handdoek te leggen en tegen de grond te slaan. Met een ijsmachine kan het ook, maar je kunt het ook gewoon vinden in het vriesvak van de supermarkt.

Dash: een scheutje. Bijvoorbeeld 2 of 3 dashes angostura bitters
Deel: deel is de afmeting die gegeven wordt aan je cocktail. 1 deel staat gelijk aan 1 barmaatje.
Doublestrain: bij het doublestrainen gebruik je naast een strainer ook een zeefje bij het uitschenken.
DIY: do it yourself.
Dry shake: shaken met eiwit, dit doe je zonder ijs.

Eiwit: door te shaken met eiwit krijg je een wit schuimkraagje. Geeft de smaak van je cocktail extra volume.
El: afkorting voor eetlepel-maat. Bijvoorbeeld limoensap (1 el)

Finestrainer: klein cocktail zeefje die vaak gebruikt wordt in combinatie met een strainer om te voorkomen dat er kleine stukjes fruit of ijs in je cocktail terecht komen. Zie ook doublestrain.
Flairbottle: speciale flessen gemaakt voor “Flairen” of “Flairbartending”. Goed om mee te oefenen want ze kunnen niet kapot en mooi voor de afwisseling aan de bar omdat ze in alle verschillende kleuren en maten komen.
Flairen: ook wel showshaken of flairbartending genoemd. Jongleren met flessen en shakers.
Flute: champagneglas.

Garneren: laatste stap van het bereiden van je cocktail, het versieren of decoreren van je cocktail. Vaak met vers fruit of kruiden.
Garneermesje: klein scherp mesje om fruit op verschillende manieren te garneren.
Gedestilleerd: alcoholische dranken verkregen door destillatie uit landbouwproducten zoals graan (gin), rietsuiker (rum), gerst / rogge of aardappel (wodka)
Gin: gin is een sterke, alcoholische drank die wordt gemaakt door de destillatie van een vergist graanbeslag. Door toevoeging van jeneverbessen , krijgt het zijn specifieke smaak. Gin stamt af van jenever.
Grog: mengsel van rum en water uit de tijd dat Britse zeevaarders naar West-Indië vaarden. Wordt tegenwoordig ook met limoen, citroen, kaneel, suiker, kruiden gecombineerd.

Hemingway: de Amerikaanse schrijver Ernest Hemingway stond bekend om zijn voorliefde voor cocktails. Voor moijto ging hij naar La Bodeguita, voor zijn favoriete daiquiri ging hij naar El Floridita.
Highball glas: het highball of longdrink cocktailglas heeft een smalle taille en is daarmee zeer geschikt voor cocktails gestirred met bruisende frisdrank erin. Vanwege de hoge en slanke vorm kunnen de bubbels alleen naar boven.
Hurricane glas: groot ijstheevormig glas.

IJschrusher: klein apparaat om handmatig crushed ice te maken.
IJsemmer: een speciale emmer gemaakt om ijs in te bewaren tijdens het maken van de cocktails. Deze emmers hebben vaak onderin een kleine verhoging zodat het ijs uit het water blijft.
IJsschep: kleine schep om meerdere ijsklontjes tegelijk of crushed ijs in een glas te scheppen.
IJstang: kleine tang om ijsklontjes per stuk mee te kunnen pakken zonder direct met je handen op te pakken.
Infused: dranken zoals vodka en gin kun je zelf handmatig infusen in een afgesloten fles of wekpot. Denk bijvoorbeeld aan het infusen van vodka met vanille of vodka met zuurtjes of gummibears.

Jar: ook wel wekpot, niet alleen handig om ingrediënten in te bewaren maar ook om zelf drank te infusen. Jars zijn ook erg populair als cocktailglas.
Jigger: ook wel barmaat genoemd. Hulpmiddel met 2 vaste maten waarmee je de exacte hoeveelheid drank afmeet. De kleine maat is voor een enkele shot (1 deel), de grote maat is voor een dubbel shot (2 delen). Als in onze recepten “1 deel” wordt aangegeven bedoelen we hiermee 1 enkel shot van de kleine barmaat.

Layeren: techniek om je cocktail in laagjes op te bouwen waarbij je begint met de drank met de hoogste dichtheid qua alcoholpercentage. Om de dranken niet te laten mengen dien je voorzichtig in te schenken over de bolle kant van een theelepel. Bekende layer cocktails: Dark n Stormy en de B52.
Likeur: likeur is een type sterke drank met minimaal 15% alcohol en een minimale hoeveelheid suiker van 100 gram per liter. Bekende likeuren zijn: Drambuie, Licor 43, Amaretto, Triple Sec, Limoncello.

Mexican elbow: ook wel juicer of squeezer genoemd. Elbow refereert naar de elleboog vorm.
Mocktail: net als virgin een ander woord voor alcoholvrije cocktail.
Muddler: hulpmiddel om het sap uit het fruit en kruiden te stampen in je glas. Gebruik je bij de Mojito en de Caipirinha.

On the rocks: geserveerd met blokjes ijs.

Peeler: geschikt om fijne draadjes van de schil van citroen of andere citrusvruchten te schaven. Gebruik je bij Sours, Cosmpolitan en Gin Tonic.
Perfect serve: term die aangeeft hoe je je cocktail perfect opdient. Gaat vooral om de aandacht die je besteedt aan je presentatie
Pitcher: kan waarmee je cocktails kunt uit schenken. Lekker om een XXL cocktail in te maken en te drinken met vrienden!
Pourer: schenktuit die je bevestigt aan een drankfles waarmee je de drank makkelijk kunt uitschenken.

Rasp: met een rasp kan je mooie vormen uit een citrusschil raspen, of smaak versterken met citrusrasp in de cocktail.
Rietsuiker: lichtbruine suiker op basis van suikerriet. Populair in Latijns Amerikaanse cocktails zoals de Caipirinha of de Mojito. Ik gebruik Caribbean Gold, verkrijgbaar in de supermarkt.
Rimmen of rimrandje: benaming voor het aanmaken van een zout- of suikerrandje aan de rand van je glas. Gebruik je bij zoutrandje van de Margarita.
Rum: sterke drank gedestilleerd uit suikerriet. Afkomstig uit Cuba en andere Caribische gebieden waar van origine suikerriet en dus ook rum geproduceerd wordt.

Safon: ook wel soda sifon of siphon. Als je zelf bruiswater wil maken dan kan dat met een safon fles. De safon zorgt ervoor dat er koolzuurgas toegevoegd wordt waardoor er belletjes in het water komen.
Shaken: schudden met een shake-beker.
Shaker: shake beker. De bekende shakebeker is de Manhattan of de Cobbler shaker. Inhoud: va 0,5 liter. Hier zit een strainer in en wordt vaak voor thuis gebruikt. De Boston Shaker is een shaker met een glas en een tinnen of kunststof beker. Inhoud: 0,8 liter. Voordeel hiervan is dat je ziet wat er in gaat en er past meer in zodat je meerdere cocktails tegelijkertijd kunt maken.
Showshaken: ook wel flairen of flairbartending genoemd. Jongleren met flessen en bekers.
Siphon: fles waarmee je zelf bruiswater kunt maken. Zie ook safon.
Slammen: het in een keer achter overslaan van een shotje. Denk aan een Tequila Slammer.
Soda: Engelse benaming voor bruiswater of spuitwater. Water met koolzuurgas. Wordt gebruikt om cocktails af te toppen. Bijvoorbeeld de Mojito. Ik gebruik vaak Spa Finesse (geen Spa Rood!) of San Pellegrino
Sour: cocktail op basis van citroen, suiker en crushed ice in combinatie met sterke drank. Bekende sours zijn de Whiskey Sour en de Amaretto Sour.
Speakeasy: term die terug gaat naar de tijd van de drooglegging toen het verboden was om alcohol dranken te produceren en te verkopen. Als gevolg daarvan ontstonden speakeasy bars (fluister bars) waar op geheime adressen of achter geheime deuren alcohol geschonken werd aan de gasten.
Spiraal: ander woord voor de krul-vorm waarmee je een dunne fruitschil kunt decoreren in je cocktailglas.
Spoom: drankje op basis van ijs en mousserende wijn.
Squeeze: persen van limoen of citroen. Bij een squeeze bedoelen we dat je een kleine hoeveelheid met je vingers squeezet bij je cocktail.
Squeezer: gebruik je een squeezer bij het persen, let dan op dat je de citroen of de limoen met de binnenkant in de squeezer legt, anders krijg je de sap bij het squeezen in je gezicht!
Stir: roeren met een barlepel in het glas. Techniek die je gebruikt bij de Gin Tonic of bij longdrink cocktail.
Strainer: hulpmiddel die je op het open gedeelte van je shaker zet om te voorkomen dat je ijs meeschenkt bij het uitschenken van je cocktail. Met een finestrainer zorg je ervoor dat ook het vruchtvlees niet meegeschonken wordt.
Swizzle: Caribische cocktailsoort op basis van rum en fruitsap die vaak opgediend wordt met swizzle stick

Tiki: tiki cocktails zijn vaak creatieve, sterke cocktails die op rum en fruit gebaseerd zijn. De cocktails zijn vaak hele opvallende creaties met gekke namen die opgediend worden in kunstzinnige glazen. Volgens de Polynesische mythologie zou de eerste mens Tiki hebben geheten en uit rood gesteente of mogelijk lava hebben bestaan.
Tumbler: whiskey glas. Geschikt voor cocktails on the rocks en sour cocktails.

Virgin: net als mocktail een ander woord voor alcoholvrije cocktail
Vodka: betekent is russisch “watertje”. Op één na meest verkochte gedistilleerde drank.

Whiskeyglas: ook wel een tumbler glas genoemd. Speciaal voor drinken van whiskeys

XL cocktail: mega cocktail die je maakt in een vaas. Leuk om te maken en te drinken met een groep. Bijvoorbeeld XL Long Island Icetea of XL Blue Lagoon.

Zest: benaming voor de schil van de citroen of limoen.
Zesteur: scherp hulpmiddel om de zest van de citroen of de limoen te schillen.
Zoutrandje: populaire garnering bij de Margarita. Zie ook rimrandje.

Dit is geen complete begrippenlijst. Heb jij nog termen waarmee we deze cocktail wiki aan kunnen vullen? Mail ze naar caroline@cocktailicious.nl

Cocktails maken is leuk, maar drink met mate